Doel van de les:

Aan het einde van de les weten de kinderen hoe zij een plantje kunnen laten groeien en welke middelen zij hiervoor nodig hebben.

21th Century Skills

• Zelfregulering
• Creatief Denken
• Probleem Oplossen
• Communiceren
• Samenwerken

Geïntrigeerde vakken:

• Natuur en Techniek

Lesbeschrijving

Inleiding
Ik start de les met een plantje voor in de klas. Ik laat de kinderen nadenken over welke plant het is. Na denktijd mogen de kinderen de naam op hun wisbordjes schrijven. Ik vertel niet welke kinderen het goed hebben, maar laat het plantje gewoon zien. Nu vertel ik de naam erbij zodat de kinderen zelf weten of ze het goed hadden. Ik vertel hoe ik voor deze plant heb gezorgd. Dat ik hem kreeg toen hij nog een zaadje was, maar met goede verzorging een mooie plant is geworden. Nu zeg ik dat de kinderen zelf voor een plant moeten gaan zorgen. Ik deel de moestuintjes uit en vertel dat de kinderen deze iedere maandag en donderdag mee naar school moeten nemen. De andere dagen is het helemaal hun eigen verantwoordelijkheid.
Kern
De eerste keer dat de kinderen de plantjes meenemen is er vooral ruimte voor vragen. Ik laat de kinderen aan elkaar vertellen hoe zij voor hun moestuintje zorgen. Ook laat ik de kinderen nadenken over de verschillen in verzorging. Zo leren de kinderen iedere keer als we het over de moestuintjes hebben hoe zij nog beter voor hun eigen plantje kunnen zorgen. Iedere keer als de kinderen hun moestuintjes meenemen naar school wordt er iets geschreven in het grote plantenlogboek. Op maandag schrijven 15 kinderen in het logboek en op donderdag mogen de andere 15 kinderen iets in het logboek schrijven. Zo krijgen we een duidelijk beeld van de groei van de moestuintjes en kunnen we er snel achter komen op welke manier de moestuintjes het snelst groeien.
Verwerking / afsluiting
Na 4 weken is het project klaar. De plantjes worden tentoongesteld op de woensdag wanneer de ouders inloop hebben in het lokaal. We kunnen nu goed verschillen zien in de groei van de plantjes. Ook kijken we met z’n allen naar het logboek. Hoe komt het dat de plant van hem groter is dan die van haar? Heeft dat iets te maken met de manier van verzorgen? Zoek het eens op in het logboek. Het project is met de kijkochtend afgesloten.