Inleiding
In de klas heb ik een tafeltje toegedekt met service. Zelf heb ik een stropdasje aangedaan, zodat ik op een ober lijk. Ik pak twee namen uit het namenbakje en deze kinderen mogen plaatsnemen aan het tafeltje. Als een echte ober kom ik opnemen wat zij willen drinken en eten. De kinderen mogen kiezen uit gerechten die zij zien in de menukaart van de Panta Rhei. De andere kinderen zien de menukaart geprojecteerd op het bord. Ik vraag deze leerlingen om goed te luisteren naar de keuzes die de leerlingen aan het tafeltjes maken. Zij moeten namelijk zelf berekenen hoe duur het eten en drinken is wat gekozen is. Als de kinderen het berekend hebben vertel ik het doel van de les, dat we zelf aan de slag gaan met menukaarten en op het einde zelf een menukaart gaan maken.

Kern
Ik deel kopietjes uit van de menukaart die we net ook gebruikt hebben. Ook deel ik een blad uit met sommen.
Voorbeelden van de sommen:
• Meester Raymon koopt 2 cola. Hierbij neemt hij een bol geitenkaas. Hoeveel euro moet meester Raymon betalen?
• Juf Monique gaat iets eten met juf Annemiek. Ze kopen een tosti ham/kaas, een tosti ham/kaas/ui en drinken allebei een flesje Fanta. Hoeveel euro moeten zij betalen?
De laatste 3 sommen zijn iets moeilijker gemaakt. Bij deze sommen wordt er aangegeven dat er een deel btw moet worden betaald. Btw is al eerder in de les uitgelegd. Om het voor de kinderen niet te moeilijk te houden is er tabel gemaakt. Alles onder de 10 euro is 2 euro btw erbij. Alles onder de 20 euro is 4 euro btw erbij en alles onder de 30 euro is 6 euro erbij. Nu worden de kinderen uitgedaagd om de kosten van het eten en drinken bij elkaar op te tellen en niet de btw vergeten erbij te rekenen. Tijdens het maken van de sommen loop ik rond, complimenteer ik en stuur ik aan waar nodig is.

Verwerking / afsluiting
We bespreken de sommen en verbeteren waar nodig is. Nu wordt de les verbonden aan beeldende vorming. De kinderen gaan zelf een menukaart maken. Ik laat ze er vrijwel volledig vrij in. De enige eisen waaraan de menukaart moet voldoen zijn:
• Minimaal 2 voorgerechten
• Minimaal 4 hoofdgerechten
• Minimaal 1 nagerecht
• Minimaal 2 salades/tosti’s
• Minimaal 3 drankjes
De kinderen krijgen allemaal een A3 papier. Deze vouwen ze samen zodat ze een boekje hebben. Ze maken een voorkant en op de andere 3 kanten mogen zij de gerechten zetten. Zij kunnen de kaart versieren met stiften. Tijdens het werken loop ik rond en kijk ik of alles goed gaat. Halverwege het werken laat ik een paar kaarten zien aan de klas, zodat kinderen die het nog lastig vinden inspiratie krijgen van andere kinderen. Op het einde van de les zal ik nog een paar kaarten laten zien. Hierna is de les klaar.